„spijker“: zelfstandig naamwoord spijker [ˈspɛĭkər]zelfstandig naamwoord | Substantiv subst <-s> Vue d'ensemble de toutes les traductions (Pour plus d'informations, cliquez sur/touchez la traduction) Nagel Nagelmannelijk | Maskulinum, männlich m spijker spijker exemples spijkersmeervoud | Plural pl met koppen slaan figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig Nägelmeervoud | Plural pl mit Köpfen machen figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig spijkersmeervoud | Plural pl met koppen slaan figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig de spijker op de kop slaan figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig den Nagel auf den Kopf treffen figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig de spijker op de kop slaan figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig