„rood“: bijvoeglijk naamwoord roodbijvoeglijk naamwoord | Adjektiv adj Vue d'ensemble de toutes les traductions (Pour plus d'informations, cliquez sur/touchez la traduction) rot, blutig rot rood rood ook | aucha. blutig rood kookkunst, gastronomie | Kochkunst, GastronomieGASTR rood kookkunst, gastronomie | Kochkunst, GastronomieGASTR exemples Rood Kruisonzijdig | Neutrum, sächlich n Rotes Kreuzonzijdig | Neutrum, sächlich n Rood Kruisonzijdig | Neutrum, sächlich n rood potloodonzijdig | Neutrum, sächlich n ook | aucha. Rotstiftmannelijk | Maskulinum, männlich m rood potloodonzijdig | Neutrum, sächlich n rood wildonzijdig | Neutrum, sächlich n Rotwildonzijdig | Neutrum, sächlich n rood wildonzijdig | Neutrum, sächlich n rood worden figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig ook | aucha. erröten figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig rood worden figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig rood staan omgangstaal | umgangssprachlichumg im Minus stehen omgangstaal | umgangssprachlichumg rood staan omgangstaal | umgangssprachlichumg op rood staan Rot zeigen Ampel op rood staan masquer les exemplesmontrer plus d’exemples „rood“: onzijdig roodonzijdig | Neutrum, sächlich n Vue d'ensemble de toutes les traductions (Pour plus d'informations, cliquez sur/touchez la traduction) Rot, Röte Rotonzijdig | Neutrum, sächlich n rood Rötevrouwelijk | Femininum, weiblich f rood rood