„bezig“ bezig [ˈbeːzəx] Vue d'ensemble de toutes les traductions (Pour plus d'informations, cliquez sur/touchez la traduction) beschäftigt beschäftigt bezig bezig exemples bezig zijn met ook | aucha. dabei sein zu … bezig zijn met ben je weer bezig? bist du wieder zugange? ben je weer bezig? waar zijn ze toch mee bezig! worauf wollen die eigentlich hinaus? waar zijn ze toch mee bezig!