touw
[tɑŭ]onzijdig | Neutrum, sächlich nVue d'ensemble de toutes les traductions
(Pour plus d'informations, cliquez sur/touchez la traduction)
- touw
- Leinevrouwelijk | Femininum, weiblich ftouwtouw
- (dünne) Schnurvrouwelijk | Femininum, weiblich ftouwBindfadenmannelijk | Maskulinum, männlich mtouwtouw
- Tauonzijdig | Neutrum, sächlich ntouw zee- en scheepvaart | Nautik/SchifffahrtSCHIFFtouw zee- en scheepvaart | Nautik/SchifffahrtSCHIFF
exemples
- geen touw kunnen vastknopen aan figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfignicht schlau werden aus (datief, 3e naamval | Dativdat) figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig
- op touw zetten