„erg“: bijvoeglijk naamwoord ergbijvoeglijk naamwoord | Adjektiv adj Vue d'ensemble de toutes les traductions (Pour plus d'informations, cliquez sur/touchez la traduction) schlimm schlimm erg erg „erg“: bijwoord ergbijwoord | Adverb adv Vue d'ensemble de toutes les traductions (Pour plus d'informations, cliquez sur/touchez la traduction) sehr, recht sehr, recht erg erg exemples dat is niet erg das ist nicht schlimm dat is niet erg nu maak je het (al) te erg! jetzt treibst du es zu bunt! nu maak je het (al) te erg! geen erg hebben in nichts ahnen (vondatief, 3e naamval | Dativ dat) nichts bemerken (vondatief, 3e naamval | Dativ dat) geen erg hebben in in het ergste geval schlimmstenfalls in het ergste geval zonder erg arglos, ahnungslos unabsichtlich zonder erg masquer les exemplesmontrer plus d’exemples
