„verplaatsen“: werkwoord verplaatsenwerkwoord | Verb v <verplaatsen> Vue d'ensemble de toutes les traductions (Pour plus d'informations, cliquez sur/touchez la traduction) ver-, umstellen, umräumen, versetzen, verlagern, verlegen bewegen, auslagern ver-, umstellen, umräumen verplaatsen verplaatsen versetzen verplaatsen verplaatsen verlagern verplaatsen verplaatsen verlegen Geschäft, Zeitpunkt verplaatsen verplaatsen bewegen Erde verplaatsen verplaatsen auslagern Produktion verplaatsen verplaatsen exemples zich verplaatsen sich (fort)bewegen reisen zich verplaatsen zich verplaatsen in figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig sich (hinein)versetzen in (accusatief, 4e naamval | Akkusativakk) figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig zich verplaatsen in figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig