„uitslag“: zelfstandig naamwoord uitslag [ˈ-slɑx]zelfstandig naamwoord | Substantiv subst Vue d'ensemble de toutes les traductions (Pour plus d'informations, cliquez sur/touchez la traduction) Ergebnis, Ausgang, Resultat, Ausschlag Ergebnisonzijdig | Neutrum, sächlich n uitslag Ausgangmannelijk | Maskulinum, männlich m uitslag Resultatonzijdig | Neutrum, sächlich n uitslag uitslag Ausschlagmannelijk | Maskulinum, männlich m Haut uitslag uitslag