„lukken“: werkwoord lukken [ˈlɵkə(n)]werkwoord | Verb v <zijn hulpwerkwoord zijn | Hilfsverbzn> Vue d'ensemble de toutes les traductions (Pour plus d'informations, cliquez sur/touchez la traduction) gelingen, glücken, klappen gelingen, glücken lukken lukken klappen lukken lukken