„kerk“: zelfstandig naamwoord kerkzelfstandig naamwoord | Substantiv subst Vue d'ensemble de toutes les traductions (Pour plus d'informations, cliquez sur/touchez la traduction) Kirche Kirchevrouwelijk | Femininum, weiblich f kerk kerk exemples naar de kerk gaan zur (of | oderod in die) Kirche gehen naar de kerk gaan