„haai“: mannelijk haai [haːĭ]mannelijk | Maskulinum, männlich m Vue d'ensemble de toutes les traductions (Pour plus d'informations, cliquez sur/touchez la traduction) Haifisch Hai(fisch)mannelijk | Maskulinum, männlich m haai haai exemples naar de haaien gaan omgangstaal | umgangssprachlichumg vor die Hunde gehen omgangstaal | umgangssprachlichumg naar de haaien gaan omgangstaal | umgangssprachlichumg