„grijzen“: werkwoord grijzen [ˈɣ̊rɛĭzə(n)]werkwoord | Verb v <zijn hulpwerkwoord zijn | Hilfsverbzn> Vue d'ensemble de toutes les traductions (Pour plus d'informations, cliquez sur/touchez la traduction) ergrauen, grauen ergrauen grijzen grijzen grauen grijzen grijzen exemples grijzend angegraut, meliert grijzend