aanhouden
[ˈ-hɑŭə(n), ˈ-hɑud-]werkwoord | Verb vVue d'ensemble de toutes les traductions
(Pour plus d'informations, cliquez sur/touchez la traduction)
- anhaltenaanhoudenaanhouden
- anbehalten Kleidungaanhoudenaanhouden
- verhaften, festnehmenaanhoudenaanhouden
- beharren (bei aufdatief, 3e naamval | Dativ dat)aanhoudenbestehen (aufdatief, 3e naamval | Dativ dat)aanhoudenaanhouden
- aufschieben, aussetzen Entscheidungaanhoudenaanhouden
- einhalten Kursaanhoudenaanhouden
exemples
- aanhouden opzuhalten auf (accusatief, 4e naamval | Akkusativakk)